ACTUEEL
‘Zingeving en verdieping in mijn eigen kleine bestaan’
27 september 2021 – Tanny van de Ven is vaste medewerker aan deze site. In dit artikel interviewt zij zichzelf.
door Tanny van de Ven
“Mijn vader en moeder trouwden in 1945, direct na de Tweede Wereldoorlog. Europa verwoest en alles op de bon. Maar met een jeugdig elan en vol goede moed begonnen zij aan een spannend avontuur: het stichten van een gezin en het runnen van een bakkerij.
Tien jaar later hadden zij negen kinderen en geen bakkerij meer. (Later kwamen we erachter dat mijn vader, ondanks financiële problemen zelf, veel brood gratis of op ‘de pof’ afleverde bij mensen met een nóg kleinere beurs)
De vijf zussen moesten één kamer delen en de vier jongens de tweede slaapkamer.
De sociale voorzieningen waren in de vijftiger jaren in Nederland absoluut niet op hetzelfde niveau als nu en dan leer je al héél vroeg wat ‘delen’ betekent.
Ik droeg de kleding van mijn twee oudere zussen en wij kregen die kleding weer van familieleden die het een beetje beter hadden. Ook meubels en andere huishoudelijke benodigdheden werden gedeeld. Delen bleek toen een vanzelfsprekendheid te zijn, terwijl er tevens veel armoede was. Of misschien wel dankzij?
Onze ouders stierven in één jaar tijd, 53 en 55 jaar oud. En moesten wij, allemaal tussen de 18 en 28 jaar oud, ons verdriet delen, collectief als gezin, maar zéker ook individueel, omdat ieder zijn of haar verdriet op een eigen manier verwerkt.
Is de maatschappij, ondanks alle rijkdom, onbarmhartiger geworden? Want ook nú moet er veel gedeeld worden. Op dit moment zijn er méér mensen op de vlucht dan ooit. Meer dan 80 miljoen mensen hebben huis en haard moeten verlaten vanwege oorlogen, religies, geaardheid, financiële problemen, onbarmhartige regimes. Deze mensen vluchten vaak naar omringende landen, maar ook naar andere werelddelen. En doen een beroep op ons gevoel van barmhartigheid. En hoe meer wij hebben hoe meer wij kunnen delen, toch?
En moeten wij delen dáár waar we het vaak niet gewend zijn, zoals b.v. op de woningmarkt. De woningnood is op dit moment bijna even groot als kort na de Tweede Wereldoorlog en de vluchtelingen, die een status krijgen, moeten allemaal gehuisvest worden, terwijl vele studenten, jong volwassenen, gescheiden mensen vaak al lang ingeschreven staan. Dan gaat het ‘schuren’.
Maar ook banen, voedsel, scholing en financiële middelen dienen gedeeld te worden en dat schijnt voor vele Nederlanders toch maar moeilijk te verteren te zijn. De rechts-populistische partijen vieren hoogtij en helaas niet alleen in Nederland.
De welvaart is sinds de vijftiger jaren alleen maar gestegen, maar het welzijn ook? Voedselbanken schieten als paddenstoelen uit de grond en dat in een rijk land als Nederland; honderdduizenden mensen slikken antidepressiva; er heerst veel eenzaamheid onder ouderen, maar ook onder jongeren; doen we dan toch iets verkeerd als individu, als maatschappij?
Is dat omdat vanwege het wegvallen van zekerheden, zoals bijvoorbeeld religie, er zoveel meer onzekerheid bestaat? En dat dan de angst regeert?
Hoe kan ik als individu, wat het delen betreft, een steentje bijdragen?
Ik kan niets doen aan de oorlogen in Syrië, Jemen of andere landen. Maar ik kan wel een aantal vluchtelingen hier in Nederland bijstaan, qua taal, steun, materiële zaken en eventueel financieel.
Eenzaamheid. Ik ben er voor een aantal psychiatrische cliënten, die al decennialang verblijven in een psychiatrisch ziekenhuis en nauwelijks meer bezoek ontvangen. En verleen, daar waar nodig, mantelzorg aan familie en vrienden.
Als éénling kan ik niets doen aan de (politieke) ongelijkheid in de wereld, maar kan wel collecteren voor Amnesty en brieven schrijven naar onderdrukkende regimes, om op deze manier tóch op te kunnen komen voor de rechten van anderen, als die niet worden gerespecteerd.
Als éénling kun je niets doen aan oorlogen, onderdrukking en pesterijen, maar ik kan als gids bij Nationaal Monument Kamp Vught de jeugd wel meenemen in het verhaal wat deze verschrikkingen doen met mensen.
Al deze activiteiten in het delen staan voor mij op één lijn en geven mij als individu zingeving en verdieping in mijn eigen kleine bestaan. En krijg er daarom ongelooflijk veel voor terug.”
Tanny van de Ven
Na 43 jaar in de zorg gewerkt te hebben is zij inmiddels alweer zes jaar gepensioneerd. Tanny is sinds 2009 verbonden aan de Beweging van Barmhartigheid “en zoekende hoe ik, na mijn werk, een zinvol leven kan leiden”. Maakte interviews voor het boek ‘Ogen van de Oorlog’ (voor Nationaal Kamp Vught) en voor ‘Bijzonder. Inzoomen op onderbelichte mensen’ (voor de Verwenzorg; verpleegkundigen van Reinier van Arkel vertellen over de speciale band die zij met één van de cliënten hebben en wat zij van hen hebben geleerd).
Mooi Tanny, het geeft inzichten en aanknopingspunten voor ons allemaal. Niet in pijn en met verdriet kijken naar wat er gaande is, maar dat wat jij, ik kan doen, proberen te doen.
Mooi hoor! Inspirerend, dank je
lieve groet Carola
‘En moeten wij delen dáár waar we het vaak niet gewend zijn, zoals b.v. op de woningmarkt.’
Dat is een interessante zin, waarin openingen zitten, mogelijkheden.
Dank voor je inspirerende verhaal Tanny.