29 maart 2024 – We doen van alles om kwetsbare pubers hulp te bieden. Maar wat doen we met de ‘harde’ pubers? Meestal jongens aan de onderkant van de samenleving. Ze geven geen fuck. Ze hangen wat in hun stoel op school, dealen wat wiet, maken zich breed tegenover medeleerlingen die bang voor ze zijn of tegen ze op kijken. Ze presteren vaak ondermaats, maar reageren nonchalant op onze zorgen daarover.
Als we contact proberen te maken over wat ze echt voelen antwoorden ze met agressie, wegkijken of schouderophalen. Het beste gesprek dat je met ze kunt krijgen is: ‘Meneer, u weet toch: de wereld draait om geld. Dat is mijn motivatie. Geld en mijn moeder. Haar wil ik ook geld kunnen geven.’
Op het verkeerde pad
Die motivatie brengt ze vaak niet ver. Of wel, maar dan op het verkeerde pad. Hoewel de handigheid waarmee ze aan geld komen een flinke intelligentie doet vermoeden tref je ze opvallend vaak in het Voortgezet Speciaal Onderwijs, praktijkonderwijs of VMBO-bk. In de lerarenkamer klinkt: “niks mee te beginnen, niet vatbaar voor normale communicatie, wil geen hulp, maakt zelf de verkeerde keuzes, is nergens gemotiveerd voor.”
Kwetsbaarheid?
Maar stel nou dat harde pubers ook kwetsbaar zijn. Met angst om te falen, onzekerheid of ze wel geaccepteerd worden, twijfel over hun toekomstkansen, pijn over dingen die ze als kind meemaakten in een disfunctioneel gezin, verdriet over wat ze meemaken op straat… Stel dat dit waar is, waar hadden ze dan moeten leren dat je die onzekerheid mag laten zien?!
Onze verbindingsmoed zou voor harde jongens wel eens de enige kans kunnen zijn op een zachter bestaan.
Leerden hun vaders ze huilen? Hebben die jongens een leefomgeving waar je twijfel mag uiten, angst kunt uitspreken? Hebben ze ervoor gekozen om op te groeien in een wereld waar je alleen over emoties communiceert door aanvallen, vluchten of schouderophalen? Willen ze echt onze hulp niet?
Tijd, geduld, moed en liefde
Oprechte verbinding maken met deze jongens kost een bak tijd, geduld, moed en liefde. Maar het is een fabeltje dat alleen kickboks-hulpverleners die vroeger zelf in ‘het wereldje’ zaten tot ze kunnen doordringen. En als we ons bewust worden dat het kinderen zijn, kinderen die niet gekozen hebben om zo op te groeien, dan kunnen we die tijd, geduld, moed en liefde misschien wel opbrengen. Onze verbindingsmoed zou voor harde jongens wel eens de enige kans kunnen zijn op een zachter bestaan.
Foto: Noa Lemans
Reageren?
Ongepaste reacties worden verwijderd(E-mail adres wordt niet gepubliceerd)