9 juni 2022 – Een rechtendocent stelt dat begrippen als ‘rechtvaardigheid’ en ‘opkomen voor kwetsbare mensen’ geen drijfveer meer zijn voor rechtenstudenten. ‘Baanzekerheid’ en ‘inkomen’ zijn dat wel. “We moeten ons zorgen maken over de toekomst van de sociale advocatuur.”

Op de opiniebijdrage van Trouw stond gisteren een bijdrage van Tony Barshini, junior docent staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Utrecht. Onder de kop ‘ Rechtenstudenten zijn meer bezig met hun carrière dan met rechtvaardigheid’ signaleert hij een “zeer zorgelijke ontwikkeling”.

“Aan het begin van het academisch jaar stel ik mijn eerstejaarsstudenten de vraag waarom zij hebben gekozen voor de studie rechtsgeleerdheid. Begrippen als ‘rechtvaardigheid’, ‘eerlijkheid’ en ‘opkomen voor kwetsbare mensen’ worden niet of nauwelijks genoemd. Termen als ‘baanzekerheid’, ‘inkomen’, ‘ouders’ en ‘aanzien’ wel. Typerend was een opmerking van een student dat mensen helpen tegenwoordig geen ‘economische meerwaarde’ heeft. De meerderheid van de rechtenstudenten (…) ziet de studie als een rode loper naar mooie en goedbetaalde banen.”

Barshini concludeert onder andere dat we ons zorgen moeten maken over de toekomst van de nu al sterk vergrijzende sociale advocatuur. “Het gevolg van de vergrijzing kan zijn dat de toegang tot het recht voor honderdduizenden mensen op termijn in gevaar komt.”

Foto: Lee Jeong Soo (Pixabay)