VERSLAG WEBDEBAT 12 JULI 2020
De Gaay Fortman: ‘Er komen miljoenen vluchtelingen’
13 juli 2020 – Bas de Gaay Fortman is ervan overtuigd dat er nog veel grotere stromen vluchtelingen naar de rijke landen zullen trekken.
door Cees Brinkhuizen
Het zullen deels politieke vluchtelingen zijn, maar bovenal ‘economische’ vluchtelingen. “We zullen die realiteit moeten accepteren.”
“Het is een volstrekte illusie te denken dat de jongeren die nu in arme landen opgroeien zich erbij neer blijven leggen dat ze geen perspectief hebben op een fatsoenlijke baan en op een inkomen waarmee ze een menswaardig bestaan voor een gezin kunnen garanderen. Zij zullen steeds meer op pad gaan. En dat is overigens al dertig jaar aan de gang. We zullen die realiteit onder ogen moeten zien en ook moeten accepteren. We moeten ophouden elkaar mooie verhaaltjes te vertellen over ontwikkelingshulp, want in de pogingen om de mensen in de arme landen een menswaardig bestaan te garanderen stelt die nog steeds heel weinig voor. Ze gaan on the move, op zoek naar dat menswaardige bestaan. Accepteer die werkelijkheid! De politiek van vandaag is irreëel!”
Prof. dr. Bas de Gaay Fortman was gisteren de spreker op het webdebat over ‘Vreemdelingen en barmhartigheid’, georganiseerd door de Beweging van Barmhartigheid en Eén Land, Eén Samenleving. Het debat wilde aansluiten bij het wereldwijde verzet tegen racisme en discriminatie.
‘Dat had ik kunnen zijn’
Velen zullen die grote migratiestromen beangstigend vinden. Zij moeten volgens Bas de Gaay Fortman kunnen rekenen op hun overheid. “Die moet grondwettelijk zorgen voor voldoende werkgelegenheid, voor bestaanszekerheid en voor spreiding van welvaart. Die zorgplichten gelden Nederland, maar moeten vandaag ook mondiaal betekenis krijgen. De spreiding van welvaart moet in de wereld van vandaag, naast de bescherming van de natuur en het klimaat, prioriteit nummer 1 zijn.”
Barmhartigheid
Maar ook het barmhartigheidsdenken (‘Die vreemdeling had ik kunnen zijn’) moet, volgens hem, rond migratie een stevige plek krijgen: “Het komt aan op het denken vanuit de ander, en dan met name de ander die zich niet in het midden van je eigen leven en samenleving bevindt. Dat is een oefening in inclusief denken en doen.
Een prachtig voorbeeld gaf de Amerikaanse president Obama toen hij in een gevangenis een groep gedetineerden zag lopen en zei: ‘There, but for the Grace of God, go I’.
Die uitspraak van Obama komt overigens van een Engelse dominee in de zestiende eeuw die iemand zag die naar het schavot werd geleid. De dominee zei toen: ‘Als het niet was door Gods’ genade dan had ik dat kunnen zijn’.”
Barmhartigheid en solidariteit
In de discussie kreeg De Gaay Fortman de vraag of het niet beter is om te spreken van ‘solidariteit’ dan van ‘barmhartigheid’.
Deelnemer Jos van Roosmalen: “Ik denk dat het woord ‘solidariteit’ meer mensen aanspreekt dan het woord ‘barmhartigheid’. Barmhartigheid komt toch wel erg uit de religieuze hoek. Solidariteit zie ik toch meer als de humanitaire vertaling daarvan.”
Bas de Gaay Fortman: “Er zijn verschillende invalshoeken en barmhartigheid is er één. Barmhartigheid staat nooit los van ‘gerechtigheid’. Ze vinden beide hun draagvlak in die solidariteit. Solidariteit vat je beste samen met ‘allen voor één, één voor allen’.
Vanuit de staat gezien is barmhartigheid een burgerdeugd. Solidariteit is vastgelegd in grondwettelijke normen.
Toch is barmhartigheid voor mij allerminst een ouderwetse waarde. Die roept op ons te laten leiden door de ander, door de naaste. Maar dan moet je je natuurlijk wel afvragen of ‘naastenliefde’ nog wel van deze tijd is. Een Italiaanse psychotherapeut en filosoof, Luigi Zoja, vindt van niet. Hij verklaart (in ‘La Morte del Prossimo’) de naastenliefde dood, dood door doorgeslagen mondialisering en individualisering in een wereld waarin elke mens in de eerste plaats totaal op zichzelf is gericht, in een eigen bubbel leeft en met een smartphone voortdurend naar buiten communiceert via asociale media.”
Begrip ‘naaste’ weer tot leven wekken
De Gaay Fortman is echter niet zo pessimistisch als Zoja. Hij denkt dat barmhartigheid nog wél een vitaal begrip kan zijn, maar dan moeten we het begrip van de ‘naaste’ weer tot leven wekken.
Hij haalt voor de vitaliteit van de barmhartigheid een radio-interview met Ali B. aan. “Op de vraag waarom hij de Koran ging lezen, zei Ali B.: ‘Dat is mijn erfenis. In het geloof in Allah ben ik opgegroeid’. ‘Maar’ – zegt de interviewer – ‘bestaat Allah dan?’ ‘Nou’ – zegt Ali – ‘dat weet ik niet, maar Allah weet dat ik het niet weet’. Dan de volgende vraag: ‘Wat heb je opgestoken van de Koran?’ Ali zegt: ‘Erbarmen. Allah is de grote Erbarmer: al-Rahim, de meest Barmhartige. Dat moeten wij navolgen. Barmhartigheid, dat is mijn morele erfenis en opdracht.’”
“Barmhartigheid is een mentaliteit”
Dat barmhartigheid een opdracht is, is voor Bas de Gaay Fortman evident. “Barmhartigheid is een deugd. Deugden zijn hard nodig. En niet alleen de burgerlijke deugden, maar ook de deugden die gelden tegenover de staat, zoals rechtvaardigheid en solidariteit. Barmhartigheid is bovenal een mentaliteit, een gezindheid die een mens zich moet eigen maken.”
“‘Cultuur’ is niet heilig, de waarden wel”
Bas de Gaay Fortman vindt het van belang rond barmhartigheid een onderscheid te maken tussen ‘cultuur’ en ‘waarden’. “Cultuur is veranderlijk, waarden zijn dat nauwelijks. Waarden mag je van mij wel ‘eeuwige beginselen’ noemen. Zo’n fundamentele grondwaarde staat in artikel 1 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens: ‘Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.’ En in de Nederlandse grondwet staat al sinds de Bataafsche Staatsregeling van 1798: ‘Allen die zich in Nederland bevinden worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.’
Cultuur is waar we onszelf mee verbinden, wat ons beweegt en met wie we ons verbonden voelen. Als je bijvoorbeeld spreekt van joods-christelijke waarden of bijvoorbeeld islamitische waarden, dan is dat eigenlijk cultuur. Dan gaat ’t om een interpretatie van religie. In ‘nationale waarden’ gaan we uit van de waarden die de Nederlandse staat dragen en die ook het burgerschap in Nederland bepalen. Waarden zijn bepalend; ze dragen de normen die verbindend zijn. Cultuur kan heel mooi zijn, maar ook heel lelijk. Kijk naar het Duitsland van de Tweede Wereldoorlog. Toen was een valse cultuur doorgedrongen in de nationale waarden. Dat heeft Duitsland na de oorlog hersteld. Artikel 1 van de Duitse grondwet luidt nu: ‘Die Würde des Menschen ist unantastbar’. Dat bord met hun artikel 1 hangt nu in elk museum, in elk gemeentehuis, bij elke universiteit. Dat is wat nu leeft en daardoor ook de cultuur gaat bepalen. Dus dat waarden de cultuur bepalen dát is de weg en niet het omgekeerde door de cultuur heilig te verklaren.”
De alleenstaande vluchtelingenkinderen in Griekse kampen
In de discussie werd het thema ‘barmhartigheid en vreemdelingen’ natuurlijk ook direct gekoppeld aan het appèl dat op de Nederlandse regering is gedaan om 500 van de alleenstaande vluchtelingenkinderen in Nederland op te nemen.
Bas de Gaay Fortman: “De Europese Unie voelt zich verplicht voor die kinderen een tehuis te vinden en dan zegt Nederland: ‘Ga daar maar eens aan werken in de regio’. Maar die regio is verschrikkelijk op dit moment.”
Deelnemer Van Roosmalen: “Je mag je niet laten afkopen door ‘opvang in de regio’. Iedereen die die landen kent weet dat dat eigenlijk een buitengewoon onbeschaafde reactie is.”
“Het standpunt van het CDA is onacceptabel”
Het standpunt van het CDA noemt Bas de Gaay Fortman “onacceptabel”. “Het is een partij die voortdurend spreekt over ‘onze waarden’, bij hun hoofdbeginselen horen juist solidariteit en gerechtigheid. Herinner het CDA daaraan! Ik moet nu denken aan de socialistische leider van ruim een eeuw geleden, Troelstra. Hij zei ooit ‘Mijn probleem met de christenen is niet dat zij christen zijn, maar dat zij het niet zijn’. Ook nu is het voor christenen de uitdaging om daadwerkelijk christen te zijn.”
Maar De Gaay Fortman heeft de indruk dat de huidige (CDA-)minister van Justitie, Ferdinand Grapperhaus, wel vindt dat Nederland die kinderen moet opnemen. “Laten we hem onze steun betuigen; hij moet die anderen zien mee te trekken.”
De Gaay Fortman vindt dat de Beweging van Barmhartigheid en Eén Land, Eén Samenleving zich ook in deze kwestie actief moeten roeren. Deelnemer Ton Liefaard meldt dat zijn organisatie (Handvest voor Compassie) zich daar dan graag bij aansluit.
Luister naar de complete podcast (een klein stukje aan het begin ontbreekt helaas)
Bas de Gaay Fortman
Bas de Gaay Fortman (82) is academicus (emeritus-hoogleraar Politieke Economie) en was jarenlang ook politicus en fractievoorzitter in de Tweede Kamer. Hij was in de jaren zeventig het gezicht van de Politieke Partij Radicalen (PPR), die met hem als lijsttrekker spectaculair groeide. Later was hij lange tijd lid van de Eerste Kamer (eerst vanuit de PPR, tenslotte vanuit GroenLinks).
Hij bekleedde een groot aantal bestuursfuncties en hoogleraarschappen. Hij is nu nog hoogleraar Political Economy of Human Rights aan de Universiteit Utrecht.
Bas de Gaay Fortman is actief in de Protestantse Kerk in Nederland (hij gaat regelmatig voor) en schreef o.a. het boek ‘Moreel Erfgoed. Koers houden in een tijd van ontwrichting’.
Bas de Gaay Fortman is ambassadeur van de stichting ‘Eén Land, Eén Samenleving’, waarmee de Beweging van Barmhartigheid dit debat organiseerde.
Hij is ook een groot kenner van de vele grondwetten in de wereld en buitengewoon trots op de hoge kwaliteit van de Nederlandse grondwet.
De Gaay Fortman is dagelijks betrokken bij de ’Grondwetcampagne 2023’ die in activiteiten voor grondwettelijke bewustwording zich nu al richt op 3 november 2023. Dan viert Nederland 175 jaar democratie en rechtsstaat, gerekend vanaf de dag dat Thorbecke’s concept wet werd. “Dat moet een volksfeest worden”. Deze campagne wordt georganiseerd vanuit het Staatshuys in Zwolle (www.staatshuys.nl).